Android Apps Maken

Uit Aureus Beta
Naar navigatie springen Naar zoeken springen

Hier wordt uitgelegd hoe je een Android-app maakt. Android is een bekend besturingssysteem (OS), dat op vele telefoons staat. Voor dit besturingssysteem kan je apps maken, die je vervolgens kan installeren en gebruiken. Als app-ontwikkelaar kan je de app uploaden naar Google Play, zodat ook anderen de app kunnen gebruiken.

Voorkennis

Android-apps schrijf je in Java en XML. Om een app te kunnen schrijven is het dus handig als je weet hoe Java en XML in elkaar zitten. Hieronder vindt je enkele links waarin het wordt uitgelegd:

Les 1: Een Android-Project maken

Hierin wordt er uitgelegd hoe je nieuwe Android-app Projecten aanmaakt.

Les 2: AndroidManifest.xml

Afhankelijk van de IDE die je gebruikt, zal je project-omgeving er verschillend uitzien. Over het algemeen worden vaak de volgende bestanden automatisch aangemaakt:

  • AndroidManifest.xml
  • MainActivity.java
  • activity_main.xml (of main.xml)

De AndroidManifest is verplicht. Zonder manifest-bestand, kan je de app niet genereren. Als je het bestand opent, ziet het er ongeveer zo uit: <source lang="java">

<manifest
	xmlns:android="http://schemas.android.com/apk/res/android"
	package="com.example.android"
	android:versionCode="1"
	android:versionName="1.0">

	<application
		android:allowBackup="true"
		android:icon="@drawable/ic_launcher"
		android:label="@string/app_name"
		android:theme="@style/Theme.App">
		<activity
			android:name="com.example.android.MainActivity"
			android:label="@string/app_name">
			<intent-filter>
				<action
					android:name="android.intent.action.MAIN"/>
				<category
					android:name="android.intent.category.LAUNCHER"/>
			</intent-filter>
		</activity>
	</application>
</manifest>

</source> De <manifest>-tag heeft 4 atrributen:

  • xmlns:android geeft informatie aan over de andere attributen die met android: beginnen.
  • package geeft het ID van je app. Elke app heeft een ander package-ID. Het package-ID van WhatsApp is bijvoorbeeld 'com.whatsapp' en op de Google Play Store vindt je WhatsApp dus hier: https://play.google.com/store/apps/details?id=com.whatsapp
  • android:versionCode is de versie van je app in een getal. Elke keer als het getal groter is dan de vorige versie van de app, dan geeft Google Play Store een melding dat er een nieuwe versie beschikbaar is.
  • android:versionName is de versie van je app in een zin, als android:versionCode 125 is, dan is de naam bijvoorbeeld 'Beta 12.5', maar het kan ook iets zijn wat totaal niet lijkt op android:versionCode.


Binnen de <manifest>-tag staat de <application>-tag. Ook deze tag heeft een aantal attributen:

  • android:icon is een android-pad naar het icoontje van de app. @drawable/ic_launcher verwijst naar ongeveer de volgende map: /res/drawable/ic_launcher.png.
  • android:label is de naam van je app.
  • android:theme is een thema voor je app.
  • en wat andere (nu onbelangrijke) attributen.


Binnen de <application>-tag, staat nu maar 1 andere tag, de <activity>-tag. Behalve deze tag, kunnen er ook andere tags instaan. Hier staan de belangrijkste op een rijtje:

  • <activity>: Een onderdeel van je app die je echt op je scherm ziet.
  • <service>: Een achtergrondproces die je niet op het scherm ziet.
  • <receiver>: Een onderdeel die kan worden opgestart als er iets op het systeem gebeurt.


In de volgende les gaan we verder in op de <activity>-tag.

Les 3: Activities

Activities worden bij gewone apps het meest gebruikt. Elke activity die je gebruikt, moet je in de AndroidManifest.xml.
Een activity definieer je binnen de <application>-tag. Dat doe je zo:

<application
	...
	>

	<activity
		android:label="Een titel voor je activity, die je in de titelbalk ziet"
		android:name="Het class-pad naar de activity"/>

</application>